Johann Burckhardt: de Indiana Jones van de 19e eeuw

Afbeelding uit Travels in Arabia, New York 1892, waarin ook de avonturen van John Buckhardt beschreven worden.

Johann Burckhardt was een Zwitserse ontdekkingsreiziger die expedities ondernam in het Nabije-Oosten en Afrika. Ondanks zijn vele avonturen is hij vooral bekend geworden als de ontdekker van de antieke stad Petra. Wie was deze Indiana Jones van de 19e eeuw en was Petra zijn enige ontdekking?

Door Frank Beijaard

Johann_Ludwig_BurckhardJohann Ludwig Burckhardt (1783-1817) werd geboren in Lausanne, Zwitserland. Op jonge leeftijd vluchtte hij samen met zijn familie naar Duitsland als gevolg van een militairconflict. Tijdens zijn studie in Leipzig besloot de jonge Burckhardt dat hij ontdekkingsreiziger wilde worden.

Met een introductiebrief van zijn professor op zak reisde hij naar Engeland om deze droom te verwezenlijken. Burckhardt kwam in contact met de Association for Promoting the Discovery of the Interior Parts of Africa, kortweg het ‘Afrika Genootschap’. Dit Britse genootschap financierde ontdekkingsreizen naar de binnenlanden van Afrika.

Gedreven door zijn verlangen naar avontuur accepteerde Burckhardt al snel een expeditie van het genootschap.

Oorsprong van de Niger rivier

De taak die Burckhardt op zich had genomen was zeer gevaarlijk. In de 19e eeuw was er nog maar weinig bekend over de Afrikaanse binnenlanden. Net zoals de andere grootmachten in die tijd, was Groot-Brittannië gefascineerd door het ‘zwarte continent’. Eén van de grootste mysteriën was de oorsprong van de rivier de Niger. Eerdere expedities van het Afrika Genootschap met dit doel waren volledig mislukt. Verschillende ontdekkingsreizigers hadden hun avontuur zelfs met de dood moeten bekopen.

Het plan was dat Burckhardt in het gezelschap van bedoeïenen vanuit Caïro westwaarts zou reizen door de Libische woestijn. Uiteindelijk zou hij aankomen in de beroemde Afrikaanse stad Timboektoe. Hier vandaan moest hij vervolgens de oorsprong van de Niger in kaart brengen.

Voorafgaand aan deze grote onderneming werd afgesproken dat de Zwitser een aantal jaar de tijd kreeg om zich voor te bereiden. Het was belangrijk dat hij goed bekend was met de taal en cultuur van de bedoeïenen, omdat deze nomadische woestijnbewoners vaak vijandig naar westerlingen toe waren. Een goede vermomming was dus noodzakelijk.

Zicht op Timboektoe in de 18e eeuw, getekend door Martin Bernatz op basis van een schets van Heinrich Barth.
Zicht op Timboektoe in de 18e eeuw, getekend door Martin Bernatz op basis van een schets van Heinrich Barth.

Ibrahim Ibn Abdallah

Na de eerste voorbereiding aan de universiteit van Cambridge, reisde Burckhardt in 1809 naar de Syrische stad Aleppo. Hier studeerde hij enige tijd Arabisch en het Islamitische recht, Sharia. Tijdens zijn verblijf creëerde Burckhardt een nieuwe identiteit voor zichzelf als de Hindoestaanse sjeik Ibrahim Ibn Abdallah.

Deze valse identiteit zou hij de rest van zijn leven gebruiken. Gedurende zijn vele reizen lijkt hij ook nooit te zijn ontmaskerd, maar zijn vermomming bracht hem soms in benarde situaties. Zo werd Burckhardt bijvoorbeeld eens gedwongen om Hindoestaans te spreken. Onbekend met deze taal blufte hij succesvol door te antwoorden in het Duits.

Na een verblijf van negen maanden in Aleppo voelde Burckhardt zich zeker genoeg om de omliggende woestijn te verkennen. Hij regelde bescherming en een gids bij een lokale sjeik en begon aan een reis naar Palmyra, de antieke vestingstad van koningin Zenobia(267-272 n. Chr.). Al snel bleek dat de bescherming van de sjeik weinig voorstelde. De Zwitserse avonturier werd tijdens zijn reis aangevallen door bandieten en zijn gids liet hem ook in de steek. Een tweede poging mislukte eveneens doordat Burckhardt midden in de woestijn werd achtergelaten door zijn gids. Uiteindelijk vond hij zijn weg terug naar Aleppo door een handelskaravaan te volgen.

De ontdekking van Petra

In 1812 besloot Burckhardt om, vermomd als de Hindoestaan Ibrahim, zijn studie voort te zetten in Caïro. Zijn reis bracht hem naar Jordanië waar hij lokale bedoeïenenverhalen hoorde over een verborgen stad in de woestijn. Geïntrigeerd vroeg Burckhardt de woestijnbewoners om hem naar de locatie te brengen. In eerste instantie weigerden ze omdat het een stad was waar vroeger heidenen gewoond hadden. Toen Burckhardt ontdekte dat er een Islamitisch heiligdom in de nabijheid van de stad lag bedacht hij een smoes.

De Zwitser vertelde de bedoeïenen dat hij als een goede moslim een offer wou brengen aan dit heiligdom. Overtuigd door het verhaal besloten de bedoeïenen hun Hindoestaanse sjeik naar de stad te brengen. Zonder het door te hebben maakte Burckhardt de ontdekking van zijn leven.

De eeuwenoude stad Petra in het huidige Jordanië. Burckhardt was de eerste Europeaan in eeuwen die de straten van de uit zandsteen gehakte stad Petra betrad.
De eeuwenoude stad Petra in het huidige Jordanië. Burckhardt was de eerste Europeaan in eeuwen die de straten van de uit zandsteen gehakte stad Petra betrad.

Diep verscholen in de roodkleurige rotsen van de Jordaanse woestijn trof de Burckhardt de verloren stad Petra aan. De Zwitserse avonturier was de eerste Europeaan in eeuwen die de straten van de uit zandsteen gehakte stad Petra betrad. Veel tijd om zijn ontdekking te onderzoeken had hij niet. Petra lag slechts op de route naar het islamitische heiligdom, de verzonnen bestemming van zijn uitstapje.

Zonder zijn Islamitische gidsen wantrouwend te maken lukte het Burckhardt om aantekeningen en schetsen te maken van enkele monumenten. Zijn noties stuurde hij later op naar het Afrika Genootschap. Opmerkelijk genoeg identificeerde Burckhardt de stad meteen als het antieke Petra. Op basis van slechts enkele beschrijvingen in de antieke literatuur wist hij de stad te herkennen.

Het laatste avontuur

Na de ontdekking van Petra, hervatte Burckhardt zijn reis naar Caïro. Eenmaal aangekomen begon hij met de voorbereidingen van zijn langverwachte expeditie naar oorsprong van de Niger. Dit weerhield hem er echter niet van om nog enkele avonturen te beleven. Wederom verkleed als Ibrahim reisde Burckhardt een aantal keer naar Sudan.

Tijdens één van deze reizen ontdekte de Zwitserse avonturier per toeval de ruïnes van Aboe Simbel, gebouwd door de Egyptische farao Ramses II de Grote (1300-1213 v. Chr.)

Ook ondernam hij als eerste westerling de Hadj, een pelgrimstocht naar Mekka. De reis van Burckhardt naar de heilige stad was tevens de oorsprong van geruchten over zijn affectie tegenover de Islam. Zijn familie heeft een bekering echter altijd ontkend.

Façade van de tempel van Ramses II in Abu Simbel. Getekend door Amelia Edwards in 1870 (Foto: wikimedia).Façade van de tempel van Ramses II in Abu Simbel. Getekend door Amelia Edwards in 1870 (Foto: wikimedia).

Na dit laatste avontuur voelde Burckhardt zich eindelijk voldoende voorbereid om aan zijn expeditie naar de oorsprong van de Niger te beginnen. Zijn voorbereidingen hadden veel tijd en geld gekost. Hij had de financiële tegoeden die hij van het Afrika Genootschap had gekregen opgemaakt. Daar tegenover stond wel dat Burckhardt vloeiend Arabisch sprak, een ervaren reiziger was geworden en een expert op het gebied van de bedoeïencultuur.

Helaas zou hij nooit beginnen aan zijn expeditie. In 1817, slechts 11 dagen voor het vertrek, overleed Burckhardt op 32 jarige leeftijd aan dysenterie. Hij werd in Caïro begraven onder zijn pseudoniem sjeik Ibrahim Ibn Abdallah. De vele avonturen die Burckhardt tijdens zijn leven ondernam maken hem zonder twijfel de Indiana Jones van de 19e eeuw.

Verder lezen of kijken

©GeschiedenisBeleven.nl, auteur: Frank Beijaard, eindredactie: Lize Noorda, foto’s: Wikimedia

Leestips