Ook al heb je nog nooit iets van Joost van den Vondel gelezen, een van zijn werken ken je vast wel. Hij bedacht namelijk het woord schouwburg.
Hoewel er in de zestiende eeuw en het begin van de zeventiende eeuw al wel door de verschillende rederijkerskamers toneelstukken opgevoerd werden, stond er in de Nederlanden nog geen permanent theater. Door de groeiende belangstelling voor toneel kwam daar wel behoefte aan en architect Jacob van Campen werd gevraagd een theater voor de stad Amsterdam te ontwerpen.
Op 3 januari 1638 werd het gebouw officieel in gebruik genomen met de opvoering van Vondels Gijsbrecht van Aemstel. Vondel bedacht ook de naam voor het gebouw: schouwburg, letterlijk ‘kijkplaats’. Boven de poort van de schouwburg aan de Keizersgracht stond ook een citaat van Vondel: ‘De weereld is een schouwtoneel, Elck speelt zijn rol en krijght zijn deel.’ Dit is het enige deel van deze schouwburg dat er nog steeds staat.
Foto: het door Jacob van Campen ontworpen podium van de schouwburg
©GeschiedenisBeleven.nl, auteur: Stieneke Ritzema, foto: Wikimedia