Wagnerianen tussen geisers en vulkanen

Vulkaanuitbarsting op IJsland in maart en april 2010.

Nu de IJslandse bevolking zich in een referendum voor de tweede keer heeft uitgesproken tégen het Icesave-akkoord met Nederland en Engeland, lijkt het imago van IJsland en de IJslanders negatiever dan ooit tevoren. Dat datzelfde eiland ooit als het utopische ‘heilige eiland’ van de Germaanse volkeren op een voetstuk geplaatst werd, klinkt daarom wellicht ietwat bevreemdend.

Door Simon Halink

In de vroege 20e eeuw had het Europese IJslandbeeld helemaal niets met vallende banken te maken. De nog sterk geïsoleerde bevolking van het eiland aan de poolcirkel leefde voor het overgrote deel in kleine gehuchten van wat het land en de zee opbrachten, en was als verre uitpost van het Deense rijk niet bepaald welvarend.

Een arm land, maar wel met een uiterst rijke en unieke geschiedenis waar de gemiddelde IJslander nog steeds erg trots op is.

Een uitzonderlijk verleden

IJsland werd pas vanaf de tweede helft van de 9e eeuw n.Chr. als laatste van de Europese landen permanent bewoond, en wel voornamelijk door Vikingen uit Noorwegen. Over hun roemruchte bloedvetes en ontdekkingsreizen verhalen de vele IJslandse saga’s. Deze geven ons een beter beeld van het harde leven in de Vikingtijd dan welke andere bron ook.

Niet alleen de taal van de Vikingen, maar ook hun oude heidense verhalen werden mondeling van generatie op generatie overgeleverd en in de Middeleeuwen op perkament vastgelegd. De opvallend vreedzame overgang op het christendom rond het jaar 1000 n.Chr. leidde niet tot onderdrukking van de Vikingcultuur. Bovendien stonden de IJslandse kolonisten in 930 n.Chr., toen besloten werd jaarlijks in de zomer bijeen te komen voor een algemene volksvergadering in de open lucht, aan de wieg van het oudste nog steeds bestaande ‘democratische’ parlement (Alþingi) ter wereld.

IJsland was tot 1262 onafhankelijk en werd niet geregeerd door een vorst. Er ontstond ook geen adellijke bovenlaag, en in theorie waren alle vrije mannen gelijk; een situatie ondenkbaar in de rest van het streng feodale Europa van die tijd.

Noormannen arriveren op IJsland. (Illustratie: Myths of the Norsemen from the Eddas and Sagas, 1909.)
Noormannen arriveren op IJsland. (Illustratie: Myths of the Norsemen from the Eddas and Sagas, 1909.)

De toe-eigening van een andere cultuur

Al vanaf de vroegmoderne tijd erkenden Scandinavische geleerden dat IJslands middeleeuwse literatuur niet alleen van belang was voor de IJslanders zelf, maar voor heel Noord-Europa. Zweden was in de 17e eeuw een politieke grootmacht en naarstig opzoek naar een ‘noordelijke’ nationale identiteit. De IJslandse saga’s konden hierin voorzien.

Veel van de oude manuscripten werden naar Europa gehaald en vertaald, en de Scandinavische toe-eigening van de oud-IJslandse cultuur werd een feit.

IJsland als Germaans Utopia

Maar bij Scandinavië zou het niet blijven. Het unieke karakter van de IJslandse geschiedenis en literatuur liet de romantische geesten in Engeland en Duitsland niet onberoerd, en in de 19e eeuw ontstond er in deze landen een ware Viking-hype. Duitsland vormde tot 1871 geen politieke eenheid en was vanaf de late 18e eeuw op zoek naar haar eigen nationale identiteit.

Hoewel de antieke culturen van Griekenland en Rome voor veel Duitsers als de lichtende voorbeelden voor Duitslands toekomstige grootsheid golden, beweerde de filosoof Johann Gottfried von Herder (1744-1803) dat men beter naar het noorden kon kijken, omdat het ´Germaanse´ Scandinavië veel meer met de Duitse volksgeest gemeen had dan het zuiden.

Geïnspireerd door deze gedachte noemden de gebroeders Grimm hun hervertelling van de Vikingmythologie Deutsche Mythologie (1835), en liet Richard Wagner (1813-1883) zich door dezelfde IJslandse stof inspireren tot zijn ´oer-Duitse´ operacyclus Der Ring des Nibelungen (1876).

11.04.28.Ijsland - Wagner tekeningen
Twee illustraties door Arthur Rackham bij Wagner’s magnum opus Der Ring des Nibelungen (1876). 

Bedevaart naar het saga-eiland

Rond 1900 was deze Germaanse interpretatie van de Duitse identiteit gemeengoed geworden, en werden de heroïsche daden van Duitsers als Otto von Bismarck teruggeprojecteerd op de IJslandse helden uit de oude sagaliteratuur. Ze waren immers aan dezelfde geest ontsproten.

Het noorden lonkte, en met de opkomst van de stoomvaart werden romantische Duitse geesten in de gelegenheid gesteld zelf een bedevaart naar het saga-eiland te maken. Hoewel de oude saga-plaatsen en de overweldigende natuur tot de verbeelding spraken, was men niet altijd even gecharmeerd van de IJslanders zelf. De heroïsche natuur van hun voorouders leek na duizend jaar volledig verdwenen en het decadente westerse leven leek in Reykjavík de boventoon te voeren.

De Viking als oer-nazi?

Dat de Duitse Germanenverering deel zou gaan uitmaken van het nationaalsocialisme was niet bepaald vanzelfsprekend. Hitler zelf moest er maar weinig van hebben; als architect zag hij de grootsheid van zijn Arische ras eerder verbeeld in de marmeren monumenten van Griekenland en Rome dan in de prehistorische ‘modderhutjes’ van het noorden.

SS-leider Heinrich Himmler (1900-1945) en partij-ideoloog Alfred Rosenberg (1893-1946) wisten hun eigen fantasieën over de Germaanse Übermensch echter aan het nazisme te verbinden, en zo de verering van de oud-IJslandse cultuur een bijzondere plaats te geven in het Derde Rijk.

Op school kreeg de jeugd aan de hand van voorbeelden uit IJslandse saga´s uitgelegd dat de christelijke moraal als onnatuurlijk en niet-volkseigen verworpen moest worden. De strijdvaardigheid van de IJslanders werd geprezen; nog steeds stierven er jaarlijks relatief gezien meer IJslanders in hun gevecht met de zee dan dat er Duitsers gesneuveld waren in de Eerste Wereldoorlog.

Tegenstemmen

Echter, niet iedereen die de saga´s een warm hart toedroeg kon zich vinden in deze radicale en ideologische interpretatie ervan. Kanselier Heinrich Brüning (1885-1970) had in 1930 gewezen op het democratische karakter van de oud-IJslandse samenleving, waarmee het nazistische Führer-principe niet te rijmen viel.

Ook vooraanstaande IJsland-deskundigen als Andreas Heusler (1865-1940) gaven aan de saga´s op de eerste plaats als literaire scheppingen te waarderen, maar als morele leidraad voor het toekomstige Duitsland te verwerpen.

Ideologische mobilisatie

Daar werd in de nazitop anders over gedacht. Met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog zocht men naar manieren om het volk ideologisch te mobiliseren, en de interpretatie van de IJslandse geschiedenis werd hiertoe nog radicaler. In de klas werden de saga´s naast brieven van Duitse soldaten uit de Eerste Wereldoorlog gelegd, en de Duitse gooi naar Lebensraum werd vergeleken met de veroveringsdrang van de Vikingen.

Omdat het gehele volk, ongeacht leeftijd, geslacht of sociale klasse geacht werd deel te nemen aan de verdediging van Duitsland, werd ook de klasseloosheid van de saga-maatschappij benadrukt. Er was geen opdeling in een geestelijke, een boeren- en een militaire stand geweest, en in geval van nood was iedereen inzetbaar als strijder. Het idee dat iedere Germaan in theorie ingezet kon worden als soldaat werd vooral in de nadagen van de Tweede Wereldoorlog tot op het bot uitgebuit.

IJslandse reacties

En wat dacht men op IJsland zelf van al deze Duitse aandacht? Je zou kunnen denken dat men erg gevoelig zou zijn voor al dit ideologische gevlei, en dat de IJslandse nazipartij hiervan zou profiteren. Toch is het ledental van deze partij nooit boven de 450 gekomen en heeft zij geen enkele rol van betekenis gespeeld in de IJslandse politiek.

Sterker nog, een SS-expeditie die in 1936 op onderzoek ging op het eiland werd in de IJslandse media, tot grote ergernis van Himmler, bespot en belachelijk gemaakt.

Hoewel veel IJslanders zelf ook leken te geloven in hun raszuiverheid, en gevluchte joden uit Europa om die reden geen onderdak wilden verlenen, was de democratische traditie te diep geworteld in de IJslandse geschiedenis om het land vatbaar te maken voor het nazisme.

SS-onderzoeksteam op expeditie

Verder lezen en kijken

©GeschiedenisBeleven.nl, auteur: Simon Halink, eindredactie: Marleen Boeve

Leestips