De sociale hervormingsagenda van president Obama heeft de welvaartsverdeling tot inzet gemaakt van de presidentsverkiezingen in 2012. In de 2e eeuw voor Christus betaalden de Romeinse broers Tiberius en Gaius Gracchus hiervoor de ultieme prijs.
Door Karsten Erents
In 2007 bezat de rijkste 10 procent van de Amerikaanse bevolking driekwart van het totale vermogen. De kloof tussen arm en rijk werd verder vergroot door het instorten van de huizenmarkt. De economische crisis die volgde maakte de misère compleet. Door de massale ontslagen verloor de “blue collar American” zijn baan en daarmee zijn ziektekostenverzekering. De bank had hem een te hoge hypotheek verstrekt en zijn huis dat met geleend geld was gefinancierd werd hierdoor een financiële strop.
De stijgende sociale ongelijkheid noopte president Obama tot ingrijpen. Centraal in zijn hervormingsagenda stond het instellen van een universele zorgverzekering om de lasten van de Amerikaanse burger te verlichten. Verder maakt hij zich momenteel sterk voor het inperken van het belastingvoordeel voor bedrijven en rijke Amerikanen.
Door op te komen voor de zwaksten in de samenleving heeft Obama zich echter kwetsbaar gemaakt voor kritiek. Republikeinse pretendenten in de aankomende race om het presidentsschap beschuldigen hem van onverantwoordelijk financieel beleid in economisch zware tijden. Getuige zijn populariteitscijfers die sinds zijn aantreden met ruim 20 procent zijn gedaald, zou zijn poging om de sociale ongelijkheid terug te dringen hem weleens fataal kunnen worden.
De Gracchi
Ruim 2.000 jaar eerder was sociale ongelijkheid ook onderwerp van politieke verkiezingen. Tiberius Gracchus (168?-133 v.Chr.) en zijn broer Gaius (154-121 v.Chr.) zagen de burgers van de Romeinse Republiek verpauperen terwijl de aristocratie fortuin maakte. Om een einde te maken aan de groeiende kloof tussen arm en rijk stelden de broers zich met een verregaande hervormingsagenda kandidaat voor het invloedrijke ambt van volkstribuun. Hun ambities brachten hen in conflict met de Romeinse aristocratie waarbij zij uiteindelijk het onderspit moesten delven.
Amerikaanse bril
Om de stijgende sociale ongelijkheid in Romeinse Republiek te verklaren moeten we ver terug in de tijd naar haar ontstaansgeschiedenis. Wat hierbij opvalt is dat deze veel raakvlakken vertoont met de geschiedenis van de Republiek der Verenigde Staten. Door de oorzaken van de stijgende sociale ongelijkheid in Rome met een Amerikaanse bril te bekijken, is het mogelijk om tegelijkertijd een beeld te krijgen van de oorsprong van de sociale ongelijkheid in de Verenigde Staten.
Tempel van Concordia op het Forum Romanum in Rome. Deze tempel werd gebouwd door Gaius Gracchus om de overwinning van de aristocratie op het plebs te vieren.
‘The Roman Dream’
We gaan dus terug naar de begindagen van de Romeinse Republiek, die ontstaat als de laatste koning van Rome ten val wordt gebracht tijdens een paleisrevolutie in 509 v.Chr.. Het Romeinse volk verklaart zich onafhankelijk en de monarchie maakt plaats voor een Republiek waarin alle burgers gelijk zijn. Echter, door het Romeinse kastensysteem zijn sommige burgers meer gelijk dan anderen. En hoewel het plebs stemrecht heeft verworven blijft toetreding tot de macht voorbehouden aan de oude patricische families. Ruim 140 jaar later komt hier verandering in als in 367 v.Chr. de restricties op politieke ambten grotendeels worden opgeheven. Politieke ambitie is hierdoor niet langer een geboorterecht.
Voor de gewone ‘blue collar Roman’ verandert er echter weinig. Als kleine boer, ambachtsman of kruidenier heeft hij al moeite genoeg om zijn hoofd boven water te houden. De vervulling van ‘The Roman Dream’ is daarom slechts weggelegd voor de telgen uit rijke plebejische families. De openstelling van publieke ambten biedt hen de kans om de sociale ladder te beklimmen waardoor het onderscheid tussen hen en de oude patriciërs langzaam vervaagt.
Er ontstaat een nieuwe aristocratie die niet langer gebaseerd is op afkomst alleen, maar ook op bezit. In een samenleving waar vermogen gelijk staat aan invloed, wordt de gewone burger het slachtoffer van de nooit te stillen honger naar méér.
Grond
Vanaf de stichting van de Republiek begon het Romeinse Rijk explosief te groeien. In 146 v.Chr. strekte de Republiek zich uit van Italië naar Spanje, Sardinië, Corsica, Macedonië en Tunesië, terwijl haar Ambassadeurs in Egypte en Syrië aan de touwtjes trokken. De grote winst van de veroveringen was grond.
Waar in de Verenigde Staten werk geldt als de allesbepalende factor, ging het in de Romeinse Republiek maar om één ding: grondbezit. Vruchtbare landbouwgrond was de ruggengraat van het economische en sociale stelsel. De Romeinse samenleving bestond dan ook voor het overgrote deel uit kleine boeren die in hun eigen onderhoud konden voorzien. Zij waren veelal net welvarend genoeg om een wapenuitrusting te kopen om zo te voldoen aan hun voornaamste burgerplicht: het dienen in het Romeinse leger.
Ongelijkheid
De klinkende overwinningen van de legioenen maakte de Republiek de rijkste mogendheid rondom de Middellandse Zee. De veroverde rijkdommen waren genoeg om van elke Romein een welvarend burger te maken. De werkelijkheid was anders.
Door vriendjespolitiek profiteerde de aristocratie onevenredig van de overwinningen van de Romeinse militaire machine. De vruchtbare grond die was betaald met het bloed van de burgersoldaat verdeelde zij onder zichzelf. Bovendien brachten de militaire campagnes de burgers steeds verder en langer van huis. Zonder hun aanwezigheid waren hun families niet in staat om de boerderij te bestieren. De akkers kwamen braak te liggen en werden uiteindelijk opgeslokt door de grote landerijen van de adel, de latifundia. Ontdaan van hun grond en beroofd van hun trots trokken de verpauperde plebejers naar de stad. Vanaf de zeven heuvels van Rome keek de aristocratie letterlijk en figuurlijk neer op het groeiende proletariaat.
Herstellen van de sociale orde
Eeuwen van hebzucht en oorlog hadden hun sporen nagelaten en de sociale orde in de Republiek ontwricht. Het idee van de onafhankelijke Romeinse burger bleef bestaan, maar was in de praktijk uitgehold. Tiberius Gracchus maakte het herstellen van de sociale orde tot inzet van de verkiezingen voor tribuun in 133 v.Chr.
De Gracchi hoorden bij de nieuwe aristocratie die zich had gevormd na de politieke hervormingen in de 4e eeuw. Zijn plebejische afkomst stelde Tiberius in staat om zich kandidaat te stellen voor het tribunaat. Anders dan andere politieke functies in de Republiek was het tribunaat alleen opengesteld voor plebejers. De grote politieke invloed die een tribuun had, werd naar goed Romeins gebruik ingeperkt door de ambtstermijn van één jaar. De patricische families konden slechts met afgunst kijken naar de usurpatie van hun bevoorrechte positie.
Gaius Gracchus houdt een rede als tribunus plebis.
‘Change’
Net als Obama bij de Amerikaanse presidentsverkiezingen in 2008 beloofde Tiberius in zijn verkiezingscampagne in 133 v.Chr. ‘change’ voor de gewone man. De veranderingen die hij voor ogen had moesten het volk van Rome hun oude leven teruggeven. Om dit te bereiken wilde Tiberius het publieke land opdelen in kleine landerijen en deze verdelen onder het landloze proletariaat. Hierdoor zouden zij in staat worden gesteld om een fatsoenlijk bestaan op te bouwen en weer deel te nemen aan de samenleving.
De aristocratie keek met afschuw naar de beoogde hervormingen. Bovendien baarde de grote populariteit van Tiberius onder het volk haar zorgen. Hoewel de Romeinse adel de macht in de Republiek domineerde was zij altijd bang voor degene die zich deze macht blijvend zou kunnen toe-eigenen. Het idee dat Tiberius gesteund door het proletariaat de macht kunnen grijpen deed haar tot actie overgaan. In een bloedige confrontatie in de Romeinse Senaat werd Tiberius in 133 v.Chr. vermoord.
Twaalf jaar later onderging zijn broer Gaius hetzelfde lot toen ook hij zich in de politieke strijd mengde.
De Gracchi waren de eerste slachtoffers van een politieke machtsstrijd die honderd jaar later een eind maakte aan de Romeinse Republiek.
Duur betaald
Als voorvechter van de gewone man betreedt president Obama binnenkort wederom het strijdtoneel. In november 2012 wordt de nieuwe president van de Republiek der Verenigde Staten gekozen. Op dat moment zal blijken of zijn beoogde hervormingen hem de kop zullen kosten. Tiberius en Gaius Gracchus hebben hun ambitie om de stijgende sociale ongelijkheid een halt toe te roepen in ieder geval duur betaald.
Verder kijken en lezen
- De 6-delige BBC docureeks Ancient Rome: één dvd gaat volledig over de Gracchi
- Boek: Rubicon: het einde van de Romeinse Republiek (2003), Tom Holland, Athenaeum
- Infographics over Sociale Ongelijkheid (23 februari 2011)
- Presidential Approval Ratings – Barack Obama (8 juli 2011)
©GeschiedenisBeleven.nl, auteur: Karsten Erents, foto’s Wikimedia (cc)